In de nacht van zeven op acht december wordt in de buurt van Stockholm een gezin brutaal uitgemoord: eerst vader Anders Ek in een sporthal en kort daarna zijn vrouw Katja en hun jongste dochter Lisa thuis. Hun 15-jarige zoon Josef wordt daar voor dood achtergelaten. Zwaargewond en buiten bewustzijn wordt hij naar het ziekenhuis gebracht.
Het onderzoek naar de dader komt in handen van Joona Linna van de rijksrecherche. De oudste dochter van het gezin Ek was niet thuis op het ogenblik van de feiten en niemand lijkt te weten waar ze zich bevindt. Linna vreest dat de moordenaar nu naar haar op zoek is. Hij vermoedt dat de zwaargewonde jongen weet waar ze is en contacteert daarom Erik Maria Bark, een arts gespecialiseerd in shock- en traumabehandeling. Vroeger gebruikte Bark vaak hypnose als therapie, maar tien jaar geleden heeft hij gezworen die techniek nooit meer te gebruiken. De reden achter die ommezwaai zal de lezer pas veel later te weten komen.
Onder druk van Linna stemt Bark er nu toch mee in om Josef Ek onder hypnose te brengen en zo na te gaan wat er gebeurd is. De uitkomst is op zijn minst verrassend en zal een ingrijpende en gruwelijke impact hebben op het leven van Bark, diens vrouw Simone en hun aan hemofilie lijdende tienerzoon Benjamin.
Hypnose is een imponerende, zenuwslopende, maar ook bloederige en brutale thriller. Technisch gezien zit de roman knap in elkaar: Lars Kepler (een pseudoniem waarachter een schrijversduo schuilgaat) houdt het tempo constant hoog, betrekt de lezer direct bij het gebeuren door het gebruik van de tegenwoordige tijd en zorgt voor heel wat cliffhangers door abrupt van plaats en focus te veranderen. Ook de manier waarop de subplot (de zoektocht naar een kidnapper) in het geheel geïntegreerd wordt, verdient alle lof.
Kepler creëert bovendien bij de lezer een gevoel van onbehagen door in te zoomen op een paar mensen die door verborgen traumata ieder gevoel voor empathie verloren hebben en daarom tot de gruwelijkste dingen in staat zijn. Dat het bovendien niet alleen volwassenen zijn die het leven van anderen tot een hel kunnen maken, versterkt dat gevoel alleen nog.
Valt er dan niets op Hypnose aan te merken? Natuurlijk wel: het personage van rechercheur Joona Linna blijft wat eendimensionaal, de eerste hoofdstukken van het boek doen nogal exposé-achtig aan en de (voor de intrige erg belangrijke) flashback midden in het boek wordt wat lang uitgesponnen. Maar dat is detailkritiek op een thriller die ver uitsteekt boven wat er gewoonlijk binnen het genre geproduceerd wordt. [Eddy Waumans] Verberg tekst

Psychiater Erik heeft gezworen nooit meer iemand te hypnotiseren. Als de politie hem vraagt mee te helpen bij een moordonderzoek brengt Erik desondanks een van de zwaargewonde slachtoffers onder hypnose. De gevolgen zijn nauwelijks te overzien. Er volgt een complete nachtmerrie die ook zijn gezinsleden meesleurt. Steeds verder moet Erik in het verleden teruggaan om de werkelijke dader te ontmaskeren. Deze thriller is bloedstollend en absoluut een van de allerbeste van de laatste tijd. Steeds blijkt de werkelijkheid net iets anders te zijn. Bovendien wordt het leven van Erik bemoeilijkt door huwelijksproblemen en de ziekte van zijn zoon. De thriller is het eerste gezamenlijke werk van schrijversechtpaar Alexandra Coelho Ahndoril en Alexander Ahndoril. Verschillende verhaallijnen blijken uiteindelijk met elkaar te maken te hebben. Qua spanning is het te vergelijken met de inmiddels wereldberoemde en verfilmde Millenniumtrilogie van Stieg Larsson. Een fantastisch verhaal! Paperback met vrij kleine druk. Verberg tekst