Stijn (14, ik-verteller) vindt zijn twee jaar oudere broer Lucas naast het levenloze lichaam van een meisje. Het is op een plek waar Lucas vaak dingen verstopt en hij blijkt het meisje, dat Quinty heet, te kennen. Toch kan Stijn zich niet voorstellen dat zijn broer, een jongen met een beperking, iets met haar dood te maken heeft. Hij stuurt Lucas naar huis en verzamelt de verstopte spullen, waaronder de harde schijf van een computer en duur ogende oorbellen. Als duidelijk wordt dat Quinty is vermoord, gaat Stijn met haar beste vriendin Dunya op zoek naar de dader. Het gekozen perspectief, waardoor de lezer niet meer weet dan de verteller, draagt bij aan de spanning, die door de auteur kundig wordt opgebouwd. De vele dialogen en de dagboekachtige vorm, waardoor uitvoerige beschrijvingen ontbreken, zorgt voor vaart in het verhaal. Wat het boven de doorsnee thriller of detective uit tilt, is de genuanceerd beschreven, beschermende houding van Stijn tegenover zijn broer. Lucas heeft rust en regelmaat nodig en dat zorgt voor spanningen, ook binnen de rest van het gezin. Vanaf ca. 12 jaar. Verberg tekst