In zowat elke middelbare school is er altijd wel een leerkracht die prille literatuurliefde in de kiem probeert te smoren door Van muizen en mensen (1937), De parel (1947) of één van John Steinbecks andere prekerige parabels als verplicht leesvoer aan te duiden. Die korte vertellingen van de Amerikaanse Nobelprijslaureaat wegen fysiek misschien minder zwaar door dan in Bijbelse beeldspraak gemarineerde kleppers als De druiven der gramschap (1939) of Ten oosten van Eden (1952), maar hun zwaarwichtige symboliek en opzichtige morele lessen maken de novelles niet bepaald lichter verteerbaar.
De 'sympathieke humor' waar het Nobelcomité de schrijver voor prees toen hem in 1962 de hoogste literaire onderscheiding werd toegekend, is niet altijd evident in Steinbecks bekendere werken, maar in Cannery Row , de recent opnieuw vertaalde parel uit 1945, spat de levenslust van elke pagina. Plots zijn de bij Steinbeck onver…Lire la suite
In zowat elke middelbare school is er altijd wel een leerkracht die prille literatuurliefde in de kiem probeert te smoren door Van muizen en mensen (1937), De parel (1947) of één van John Steinbecks andere prekerige parabels als verplicht leesvoer aan te duiden. Die korte vertellingen van de Amerikaanse Nobelprijslaureaat wegen fysiek misschien minder zwaar door dan in Bijbelse beeldspraak gemarineerde kleppers als De druiven der gramschap (1939) of Ten oosten van Eden (1952), maar hun zwaarwichtige symboliek en opzichtige morele lessen maken de novelles niet bepaald lichter verteerbaar.
De 'sympathieke humor' waar het Nobelcomité de schrijver voor prees toen hem in 1962 de hoogste literaire onderscheiding werd toegekend, is niet altijd evident in Steinbecks bekendere werken, maar in Cannery Row , de recent opnieuw vertaalde parel uit 1945, spat de levenslust van elke pagina. Plots zijn de bij Steinbeck onvermijdelijke levenslessen verrassend lichtvoetig. Het verhaal over de 'hoeren, pooiers, gokkers en klootzakken' die het Californische stadje bewonen waar destijds sardientjes werden ingeblikt, gaat weliswaar over het leven en hoe het te leiden, maar dankzij de in milde melancholie (en in copieuze hoeveelheden Old Tennessee whisky) gedrenkte geestigheid wordt de toon een stuk minder drammerig.
De kernwaarden in Steinbecks oeuvre - broederschap, mededogen en goedheid - komen nu eenmaal beter uit de verf wanneer ze gecombineerd worden met de vrolijke strapatsen van enkele onbeholpen, maar goedmoedige personages. In Cannery Row zijn dat de schalkse schooiers die een feest willen organiseren voor hun vriend Doc.
Naïviteit
Cannery Row wordt niet aangedreven door een strakke plot, maar door setting en sfeer. Steinbecks evocatie van de Grote Depressie en van de kustplaats Monterey heeft meer van een ietwat losjes samengestelde verzameling vignetten en anekdotes (hoofdstuk 31 is geheel gewijd aan de paringsdrang van een grondeekhoorn) dan van een klassieke roman. De auteur bracht enkele van zijn gelukkigste jaren door in de streek waar hij zijn literaire levensgenieters laat rondscharrelen.
Het boekje dat hij hierover schreef - naar eigen zeggen om de Amerikaanse troepen een vrolijk verzetje te gunnen - hangt niet alleen aaneen van sprekende details, maar ook van een genereuze dosis nostalgie en sentiment. Steinbeck belijdt in Cannery Row andermaal zijn liefde voor de door de maatschappij net iets minder gretig omarmde medemens. Zijn idee dat het vooral de minderbedeelden zijn die het best begrijpen waar het op deze bol echt om draait, is wellicht een tikkeltje naïef, maar als we van Cannery Row dan toch levenslessen moeten leren, laat een van de belangrijke dan zijn dat we onze naïviteit gerust iets meer mogen koesteren. Steinbeck had in zijn openingszin overschot van gelijk. Cannery Row is een gedicht, een manier van leven, een droom.
Vertaald door Peter Bergsma. Uitg. Van Oorschot, 200 blz., € 25 (e-boek € 14,99).
Masquer le texte